Iedereen zou moeten werken in een veilige werkomgeving. Helaas is dit lang niet altijd het geval. Soms is de ruimte waarin gewerkt wordt niet veilig ingericht, waardoor bedrijfsongevallen kunnen ontstaan. Het kan ook voorkomen dat er geen beschermingsmiddelen tegen letsel beschikbaar worden gesteld. U kunt bij beschermingsmiddelen denken aan:
Soms zijn deze beschermingsmiddelen wel verstrekt, maar loopt een werknemer toch letsel op. Bijvoorbeeld bij:
Het gaat dan al vaak om blijvend letsel door het ongeval op het werk.
Meestal is het direct duidelijk als er een ernstig arbeidsongeval heeft plaatsgevonden. In dat geval moet de werkgever het bedrijfsongeval melden bij de Arbeidsinspectie. Dit moet zo snel mogelijk gebeuren, zodat de Arbeidsinspectie op de werkplek onderzoek kan doen naar de toedracht van het arbeidsongeval. Grote werkgevers leggen vaak zelf ook al direct belangrijke informatie vast in een ongevallenrapport. U hebt recht op een kopie daarvan.
Als u het vermoeden hebt dat het arbeidsongeval niet is onderzocht en gemeld bij de Arbeidsinspectie, is het verstandig om:
Als u zelf in het ziekenhuis ligt, kunt u aan een bevriende collega, partner of ouder vragen om dit voor u te doen.
Soms komt kort na een arbeidsongeval met letselschade ook de politie ter plaatse. De politie-agenten maken dan veelal een meldingsrapport op, waarin ze kort noteren wat ze hebben vernomen over wat er is gebeurd. Dit rapport kan opgevraagd worden bij de politie.
Als verder de ambulance ter plaatse komt in verband met het letsel, noteert het ambulancepersoneel meestal ook kort iets over hoe het letsel is opgelopen. Ook het formulier van de ambulancerit kan worden opgevraagd.
Tot slot wordt ook op de Spoedeisende Hulp van een ziekenhuis kort genoteerd hoe het letsel is ontstaan. Ook dat verslag kan worden opgevraagd.
Als een werknemer letsel oploopt onder werktijd is de werkgever daarvoor aansprakelijk, tenzij deze haar zorgplicht niet heeft geschonden of de werknemer opzettelijk of bewust roekeloos heeft gehandeld. Van dit laatste is vrijwel nooit sprake. Het is namelijk normaal dat werknemers soms even minder goed opletten. De werkgever moet hier rekening mee houden en instructies geven over hoe er veilig gewerkt moet worden. Dit kan bijvoorbeeld door:
Het is aan de werkgever om te bewijzen dat zij hieraan (en dus aan haar zorgplicht) heeft voldaan.
Als u een uitzendkracht bent, is het uitzendbureau uw formele werkgever en het bedrijf waar u werkt de materiële werkgever. U kunt dan zowel de formele werkgever als de materiële werkgever aanspreken voor schadevergoeding. Daarover leest u hieronder meer.
Gemiste inkomsten merkt u meestal nog niet direct, maar toch ontstaan er vaak al snel verschillende kostenposten door het letsel dat u opliep bij het bedrijfsongeval. Denk bijvoorbeeld aan:
Bij medische kosten kunt u denken aan:
U moet aanspraak maken op vergoeding van deze schade. Dit doet u door de werkgever aansprakelijk te stellen voor het bedrijfsongeval. U schrijft hiervoor een brief aan de werkgever. Die zal de brief doorsturen aan haar verzekeraar en het ongeval daar melden. De verzekeraar zal dan beoordelen of de werkgever aansprakelijk is.
Schadevergoeding na bedrijfsongeval krijgt u alleen als de werkgever aansprakelijk is voor uw letselschade. Het is daarom belangrijk om direct de hulp in te schakelen van een letselschade advocaat. Er zijn ook veel belangenbehartigers die letselschade jurist zijn en zijn aangesloten bij het Nationaal Keurmerk Letselschade, maar deze kunnen uw zaak niet aan de rechter voorleggen als dat nodig is. Een letselschade advocaat kan dit wel, maar zal eerst de werkgever aansprakelijk stellen en als dat nodig is de discussie met haar verzekeraar over de aansprakelijkheid aangaan.
Als de aansprakelijkheid is erkend of door de rechter is vastgesteld, dan moet de werkgever (of haar verzekeraar) de schade vergoeden. Een letselschade advocaat helpt u om uw schadeclaim te onderbouwen en zo de maximale schadevergoeding te realiseren.
De schade bestaat altijd uit:
Hierboven staan al wat voorbeelden van materiële schade. Na verloop van tijd komen hier - zeker als er sprake is van blijvende gevolgen - vaak bij:
Bij kosten voor woon- of vervoersvoorzieningen kunt u denken aan:
Andere voorbeelden van schadevergoeding zijn:
Om te zorgen dat slachtoffers alle gemaakte kosten vergoed krijgen en er ook geen andere schade over het hoofd wordt gezien, wordt er een schadestaat opgesteld (die regelmatig wordt bijgewerkt) en worden voor het vaststellen van de hoogte van de schadevergoeding (het uitwerken van verschillende kostenposten en schadecomponenten) deskundigen ingezet.
Deze neemt kennis van de medisch informatie van de behandelend artsen en therapeuten en adviseert en informeert over:
Een arbeidsdeskundige kan:
Hij kijkt hierbij dus naar de situatie met en zonder ongeval en kan zo het verlies van arbeidsvermogen in kaart brengen.
Bij een zelfstandig ondernemer wordt hiervoor een bedrijfseconoom ingeschakeld.
Een casemanager kan helpen om in kaart te brengen welke hulp en hulpmiddelen er nodig zijn in verband met het letsel en de aanvraag voor vergoeding of de aanschaf daarvan op zich nemen. Dit ontlast degene die letselschade heeft opgelopen en hierdoor is een en ander vaak ook sneller geregeld.
Bij ernstig letsel met blijvende gevolgen wordt een rekenbureau ingeschakeld om de contante waarde te berekenen. De contante waarde is het bedrag waarmee het slachtoffer gedurende de rest van zijn leven alle verschenen en toekomstige schade kan opvangen. Hierbij wordt rekening gehouden met:
Met behulp van deze letselschade berekening kan dan worden vastgesteld wat de aansprakelijke partij aan schadevergoeding moet betalen.
Smartengeld is een vergoeding voor wat u in uw hart en lijf voelt, maar niet in uw portemonnee. Het is een vergoeding voor de pijn, ellende en het verdriet dat u door het arbeidsongeval hebt en een vergoeding voor wat u niet heeft kunnen doen en nooit meer zult kunnen doen. Na een bedrijfsongeval kunt u mogelijk:
Het smartengeld wordt pas kort voor het afwikkelen van de zaak uitgewerkt. Voor de hoogte van deze vergoeding is onder meer van belang:
Uw letselschade advocaat zal gaan uitwerken wat het ongeval op het werk voor u tot gevolg heeft gehad en wat dus moet worden meegenomen om tot een redelijke vergoeding van uw immateriële schade te komen. Hij maakt hierbij ook gebruik van de Smartengeldgids. Hierin staat wat rechters in allerlei zaken aan smartengeld hebben toegekend. De letselschade advocaat gaat vervolgens met de verzekeraar in gesprek om de hoogte van de schadevergoeding voor de immateriële schade vast te stellen. Komen zij er samen niet uit, dan kan dit aan de rechter worden voorgelegd in een deelgeschil. Hij stelt dan de vergoeding voor het smartengeld vast.
De vergoeding van smartengeld is in Nederland niet zo hoog als in bijvoorbeeld Amerika. Het is dus slechts een pleister op de wond. Hoewel de immateriële schade voor mensen heel belangrijk is, is de materiële schade veelal veel hoger dan het smartengeld.
Hebt u een bedrijfsongeval gehad onder werktijd en daarbij letselschade opgelopen? Schakel dan de juridische bijstand van een gespecialiseerde letselschade advocaat in. Bij Bewust Letselschade Advocaten hebben we veel ervaring met bedrijfsongevallen en het vaststellen van de aansprakelijkheid. Als de aansprakelijkheid voor het bedrijfsongeval vaststaat, helpen we u vervolgens ook om de schadevergoeding te krijgen waar u recht op heeft. Het draait echter niet alleen om het krijgen van een schadevergoeding. Wij willen er ook (met hulp van de hierboven genoemde deskundigen) voor zorgen dat u uw leven na het bedrijfsongeval weer zo goed mogelijk kunt oppakken.